Bouwen zonder afval: zo laat je materialen eindeloos circuleren
Circulair bouwen houdt materialen in de kringloop en levert minder afval, lagere CO2 en vaak lagere kosten op. Je ontdekt hoe modulair en losmaakbaar ontwerpen, biobased en secundaire materialen, en tools als LCA, MPG/MKI en TOTEM je helpen om direct impact te maken. Met praktische strategieën, quick wins voor nieuwbouw en renovatie en tips over materialenpaspoorten, contracten en subsidies kun je vandaag nog aan de slag.

Wat is circulair bouwen
Circulair bouwen is een manier van ontwerpen, bouwen en beheren waarbij je grondstoffen in een gesloten kringloop houdt en waarde zo lang mogelijk behoudt. In plaats van slopen en weggooien zet je in op hergebruik, reparatie en pas als laatste op recyclen. Je ontwerpt gebouwen modulair en aanpasbaar, met losmaakbaarheid als uitgangspunt: bouwdelen worden zo gekoppeld dat je ze later eenvoudig kunt demonteren en opnieuw inzetten. Je kiest waar mogelijk voor secundaire materialen (onderdelen en producten uit bestaande gebouwen) en voor biobased materialen zoals hout, hennep of vlas, die afkomstig zijn van hernieuwbare bronnen. Alles wat je toepast, leg je vast in een materialenpaspoort, een digitaal overzicht van welke materialen in je gebouw zitten en welke waarde ze in de toekomst nog hebben.
Om keuzes te onderbouwen gebruik je een LCA, een levenscyclusanalyse die de milieubelasting van materialen en processen inzichtelijk maakt. Circulaire bouw gaat dus verder dan alleen energiezuinig of duurzame bouw: het draait om slim omgaan met grondstoffen, verlengen van levensduur en creëren van restwaarde. Voor je project betekent dit minder afval, lagere CO2-uitstoot en vaak lagere totale kosten over de hele levensduur. In Nederland en België groeit circulair bouwen snel dankzij duidelijke ambities en meetmethodes, waardoor je vandaag al concreet kunt starten met impact maken.
Kernprincipes: waarde behoud, hergebruik en losmaakbaarheid
Circulair bouwen draait om het maximaal vasthouden van waarde in elke fase van je gebouw. Waarde behoud betekent dat je vanaf het ontwerp stuurt op lange levensduur, onderhoudbaarheid en aanpasbaarheid, zodat functies kunnen mee-ontwikkelen zonder ingrijpende verbouwingen. Hergebruik gaat over het inzetten van bestaande elementen en materialen met zo min mogelijk kwaliteitsverlies: van complete kozijnen en installaties tot steenstrips en staal, liefst met minimale bewerking. Losmaakbaarheid (design for disassembly) maakt dit mogelijk: je kiest voor schroef- in plaats van lijmverbindingen, droge bouwmethodes, toegankelijke bevestigingspunten en gestandaardiseerde modules.
Door duidelijke documentatie, zoals een materialenpaspoort, weet je later precies wat je kunt terugwinnen. Het resultaat: minder afval, lagere CO2-uitstoot, kortere doorlooptijden bij renovatie en meer restwaarde, omdat onderdelen aan het einde van de gebruiksfase opnieuw inzetbaar zijn.
Verschil met duurzame of energiezuinige bouw
Onderstaande tabel zet circulair bouwen naast duurzaam/energiezuinig bouwen en laat in één oogopslag zien hoe doel, ontwerpkeuzes en meetkaders verschillen en elkaar aanvullen.
| Aspect | Circulair bouwen | Duurzaam/energiezuinig bouwen | Meetlat/kaders (NL & BE) |
|---|---|---|---|
| Doel en scope | Behoud van waarde en grondstoffen over meerdere levenscycli; hergebruik en lage materiaalgebonden CO2 (embodied carbon). | Minimale energie- en emissies in de gebruiksfase; comfort en gezond binnenklimaat. | Circulair: MPG/LCA, MKI (NL); TOTEM, GRO (BE). Energie: BENG/NTA 8800 (NL); EPB/PEB, E-peil/S-peil (BE). |
| Levenscyclus & materiaalstromen | Voorkeur voor secundaire/biobased materialen, omkeerbare verbindingen, materialenpaspoorten en terugname. | Schil en installaties optimaliseren: hoge isolatie, luchtdichtheid, warmtepomp, WTW, PV. | EPD’s en LCA (modules A-D); energie: test/luchtdichtheid binnen BENG/EPB-traject. |
| Ontwerp- en uitvoeringskeuzes | Modulair, losmaakbaar (schroef/klik), standaardmaten; adaptief gebruik en onderhoudsgemak. | Oriëntatie en compactheid, koudebrugvrije details, systeemkeuze en commissioning. | ISO 20887 (design for disassembly/adaptability), materialenpaspoort; energie: ontwerp volgens BENG/EPB-rekenkaders. |
| Prestaties en toetsing | Milieu-impact van materialen (MKI/MPG/TOTEM), hergebruik- en afvalreductiepercentages. | Energiebehoefte, primair (fossiel) verbruik en aandeel hernieuwbaar; binnenklimaat. | MPG-grens bij vergunning (NL), TOTEM-score (BE, veelal projectmatig); BENG 1-3 (NL) en EPB/E-peil-eisen (BE). |
| Waarde en kosten | TCO en restwaarde centraal; minder afval- en vervangingskosten; leverings- en prijsrisico’s dempen. | Lagere energielasten en beter energielabel; soms hogere initiële investeringen. | LCC/LCA-analyses; energieprestatiecertificaat (EPBD) voor gebruiksfase. |
Kerninzicht: circulair bouwen richt zich op materiaalwaarde en lange levensduur, energiezuinig bouwen op verbruik tijdens gebruik; de sterkste projecten combineren beide via LCA/MPG/TOTEM én BENG/EPB-sturing.
Energiezuinig of duurzame bouw richt zich vaak vooral op het verlagen van het energieverbruik in de gebruiksfase, bijvoorbeeld via isolatie, luchtdichtheid, warmtepompen en zonnepanelen. Circulair bouwen kijkt verder naar de totale levenscyclus: hoeveel primaire grondstoffen je inzet, hoeveel CO2 al in materialen zit (embodied carbon), hoe lang onderdelen meegaan en of je ze later kunt demonteren en opnieuw gebruiken. Je ontwerpt aanpasbaar en remontabel, met verbindingen die je los kunt maken en met documentatie zoals een materialenpaspoort.
Zo vermijd je afval en behoud je restwaarde. Beide benaderingen vullen elkaar aan: een energiezuinig gebouw kan niet-circulair zijn (denk aan verlijmde gevels), terwijl een circulair ontwerp tegelijk energiezuinig kan zijn wanneer je slimme installaties combineert met herbruikbare, biobased of secundaire materialen.
[TIP] Tip: Inventariseer materialen, hergebruik waar mogelijk, ontwerp voor demontage.

Waarom circulair bouwen loont in Nederland en België
Circulair bouwen levert je direct én op lange termijn voordeel op. Je vermindert materiaalgebruik en CO2-uitstoot, waardoor je gebouw future-proof is in een markt met schaarse grondstoffen en stijgende milieueisen. Door te ontwerpen voor hergebruik en losmaakbaarheid houd je onderdelen langer in de kringloop, bespaar je op onderhoud, verbouw en sloop, en creëer je restwaarde die je later kunt verzilveren. In Nederland helpt dit om te voldoen aan de steeds strenger wordende MPG-eisen en om beter te scoren in aanbestedingen waar circulariteit zwaar meetelt.
In België sluit je aan op regionale ambities en tools zoals TOTEM en methodes zoals GRO, die milieueffecten inzichtelijk maken en circulaire keuzes stimuleren. Bovendien verklein je leverings- en prijsrisico’s door meer met secundaire en biobased materialen te werken en door modulair te detailleren kun je sneller bouwen en flexibeler inspelen op veranderende functies. Tel daarbij op dat financiers en opdrachtgevers steeds vaker sturen op lage milieu-impact en je ziet waarom circulair bouwen nu al loont.
Milieu- en klimaatimpact
Met circulair bouwen verklein je de totale milieu- en klimaatimpact van je project aanzienlijk. Door minder primaire grondstoffen te gebruiken en materialen langer in de kringloop te houden, verlaag je de ingebedde CO2 (de emissies die vrijkomen bij winning, productie en transport). Hergebruik en modulair, losmaakbaar ontwerp voorkomen afval en beperken energie-intensieve sloop en vervanging. Kies je voor biobased materialen zoals hout, hennep of vlas, dan leg je bovendien koolstof vast en verminder je de druk op eindige grondstoffen.
Lokale demontage en herinzet verkorten transportketens en verminderen uitstoot en lawaai op de bouwplaats. Met een LCA (levenscyclusanalyse) maak je deze effecten meetbaar en stuur je gericht op verbetering. Zo draag je concreet bij aan klimaatdoelen én behoud van grondstoffen en biodiversiteit.
Businesscase: kosten, restwaarde en risico’s
Circulair bouwen draait niet alleen om milieu, maar ook om harde euro’s. Door modulair en losmaakbaar te ontwerpen verlaag je faalkosten, verkort je bouw- en verbouwtijd en beperk je stilstand bij aanpassingen. Je verschuift de focus van hoge eenmalige investeringen naar lagere totale kosten over de levensduur, dankzij minder onderhoud, eenvoudiger vervanging en herinzet van onderdelen. Materialen met bewezen hergebruikpotentie houden restwaarde: met buy-backafspraken, take-backcontracten en een materialenpaspoort kun je die waarde later verzilveren of op je balans onderbouwen.
Tegelijk verlaag je risico’s: minder afhankelijkheid van schaarse grondstoffen en prijsvolatiliteit, betere scores in aanbestedingen, en meer flexibiliteit tegen leegstand door aanpasbare plattegronden. Financiers en verzekeraars waarderen deze voorspelbaarheid, waardoor je toegang tot kapitaal en gunstige voorwaarden kan verbeteren.
Wet- en regelgeving en subsidies
In Nederland moet je bij nieuwbouw voldoen aan de MPG (milieuprestatie-eis voor gebouwen) en wordt in aanbestedingen steeds vaker gestuurd op LCA’s (levenscyclusanalyses) en een lage MKI (milieukostenindicator). Overheden vragen daarbij geregeld om circulariteitscriteria zoals losmaakbaarheid, hergebruikpercentages en soms een materialenpaspoort. Fiscaal kun je voordeel halen via MIA/Vamil voor investeringen in circulaire oplossingen, en er zijn regionale subsidies voor innovatie en pilots. In België werken veel opdrachtgevers met TOTEM (LCA-tool) en GRO (beoordelingsmethode voor duurzame/circulaire gebouwen).
De regio’s ondersteunen circulaire pilootprojecten via programma’s en oproepen, bijvoorbeeld via Vlaanderen Circulair en Leefmilieu Brussel, naast renovatie- en innovatiesteun. Door hier vroegtijdig op te sturen verlaag je vergunnings- en aanbestedingsrisico’s, vergroot je je scoringskans en maak je gebruik van budgetten die de businesscase van circulair bouwen versterken.
[TIP] Tip: Eis terugnamegarantie en materialenpaspoort in aanbesteding; maximaliseer restwaarde.

Strategieën en materialen voor circulaire bouw
Circulaire bouw begint bij ontwerpkeuzes: je ontwerpt modulair en aanpasbaar, met losmaakbaarheid als harde eis, zodat je onderdelen later kunt demonteren, vervangen of hergebruiken. Droge verbindingen met schroeven en klemmen, gestandaardiseerde maatvoering en prefabricage verkorten je bouwtijd en maken revisie eenvoudiger. Kies vervolgens voor materialen met lage impact en hoge hergebruikpotentie: biobased zoals hout, hennep of vlas voor opslag van CO2 en prettig binnenklimaat, en secundaire materialen via urban mining, zoals hergebruikte staalprofielen, kozijnen of gevelpanelen. Leg alles vast in een materialenpaspoort en koppel dit aan je BIM-model met EPD’s, zodat je LCA-sturing en toekomstige demontage inzichtelijk blijven.
Regel de keten mee: werk met oogstplannen, bouwhubs en kwaliteitskeuring van teruggewonnen onderdelen, en borg prestaties met take-back- of leasecontracten (product-as-a-service) voor bijvoorbeeld verlichting, vloerafwerking of gevels. Denk ook aan plug-and-play installaties en demontabele gevelsystemen, zodat onderhoud en upgrade zonder sloop kan. Door zo te ontwerpen, inkopen en organiseren vergroot je de restwaarde, verlaag je faalkosten en houd je grip op tijd, budget en milieu-impact.
Ontwerpprincipes: modulair, aanpasbaar en remontabel
Modulair ontwerpen betekent dat je werkt met een vaste maatvoering en gestandaardiseerde modules, zodat onderdelen onderling uitwisselbaar zijn en je snel kunt bouwen, aanpassen of uitbreiden. Aanpasbaarheid bereik je door drager en inbouw te scheiden: de draagstructuur blijft lang meekunnen, terwijl indelingen, gevels en installaties eenvoudig te vervangen of te upgraden zijn. Remontabel (ontwerpen voor demontage) draait om verbindingen die je weer los kunt maken: schroeven in plaats van lijm, droge knooppunten, klik- en klemverbindingen en toegankelijke bevestigingspunten.
Vermijd kit en PUR op kritieke details en maak installaties plug-and-play met bereikbare schachten. Leg keuzes vast in een materialenpaspoort, test demontage in een mock-up en detailleer voor hergebruik. Zo bouw je flexibeler, met minder faalkosten, minder afval en meer restwaarde.
Materialenkeuze: biobased, secundair en hergebruik
Bij circulair bouwen draait materialenkeuze om lage impact én hoge hergebruikpotentie. Biobased materialen zoals hout, hennep, vlas en stro slaan CO2 op en komen uit hernieuwbare bronnen; let op herkomst en certificering en borg brand-, vocht- en akoestische prestaties met de juiste opbouw en detaillering. Secundaire materialen haal je via urban mining uit sloop- en renovatieprojecten: denk aan staalprofielen, baksteen, kozijnen en systeemvloeren.
Plan tijdig voor oogst, inspectie en keuring, en stem maatvoering af op wat beschikbaar is. Voor hergebruik kies je producten die remontabel zijn en geen toxische of verlijmde combinaties hebben, zodat je ze later schoon kunt scheiden. Leg samenstelling en prestaties vast in EPD’s en een materialenpaspoort, zodat je keuzes aantoonbaar en toekomstbestendig zijn.
Digitale tools en materialenpaspoorten
Digitale tools helpen je om circulariteit meetbaar en beheersbaar te maken. Je BIM-model fungeert als centrale databron waarin je EPD’s koppelt en via LCA-software real-time MKI/MPG- of TOTEM-scores doorrekent, inclusief scenario’s voor hergebruik en demontage. Het materialenpaspoort legt per gebouw en per element vast wat de herkomst, samenstelling, losmaakbaarheid, afmetingen, emissies en verwachte restwaarde zijn. Door QR- of NFC-tags op bouwdelen te plaatsen kun je in uitvoering en beheer onderdelen scannen, certificaten en serienummers bijhouden en onderhoudslogboeken up-to-date houden.
Bij renovatie of demontage genereer je direct een oogstplan met traceerbare hoeveelheden. Zorg voor datadiscipline met eenduidige codering, versiebeheer en rechten, en werk met open formaten zoals IFC of COBie. Zo neem je snellere beslissingen, verlaag je faalkosten en vergroot je de hergebruikkans.
[TIP] Tip: Ontwerp demontabel en documenteer materialen in een materialenpaspoort.

Aan de slag met circulair bouwen
Begin met het bepalen van je ambitie en kaders: stel doelen voor CO2, hergebruikpercentages en gewenste MPG/MKI- of TOTEM-scores, en zet een multidisciplinair team neer. Inventariseer wat er al is via een materiaal-oogst en plan hoe je gevonden onderdelen kunt inpassen; houd je ontwerp flexibel met een late design freeze. Ontwerp modulair, aanpasbaar en remontabel, leg losmaakdetails vast en werk met demontage- en onderhoudsscenario’s in je BIM-model en materialenpaspoort. Kies biobased en secundaire materialen, regel kwaliteitskeuring en logistiek via bouwhubs, en contracteer leveranciers op prestaties en terugname met buy-back, take-back of product-as-a-service voor bijvoorbeeld verlichting, vloeren of gevels.
Stuur iteratief met LCA’s, toets MPG/MKI of TOTEM en optimaliseer waar nodig. Organiseer de uitvoering droog en stofarm, label onderdelen met QR of NFC voor traceerbaarheid en borg opleverdossiers. In beheer houd je onderhoud voorspelbaar en vervang je per module; monitor prestaties en actualiseer het paspoort. Bij renovatie scoor je snelle winst door de draagstructuur te behouden, installaties plug-and-play te maken en afbouw losmaakbaar te detailleren. Door klein te starten met een pilot en lessons learned direct te standaardiseren, maak je circulariteit snel een vast onderdeel van hoe je bouwt.
Stappenplan: zo pak je het aan van initiatief tot beheer
Zo pak je circulair bouwen gestructureerd aan, van eerste idee tot langjarig beheer. Volg de stappen per fase en borg keuzes in data en contracten.
- Initiatief en ontwerp: formuleer meetbare ambities (CO2, hergebruiksgraad, MPG/MKI of TOTEM) en vorm een multidisciplinair team; voer een oogstscan uit van beschikbare (secundaire) materialen en leg kansen vast; ontwerp modulair, aanpasbaar en remontabel, toets varianten met LCA en leg besluiten vast in BIM en een materialenpaspoort.
- Inkoop en uitvoering: specificeer prestatie-eisen i.p.v. middelen, regel take-back/buy-back en demontagevriendelijke details (eventueel met een mock-up); organiseer bouwhub-logistiek en just-in-time levering, label onderdelen met QR-codes en bouw droog en stofarm om schade en waardeverlies te beperken.
- Oplevering en beheer: lever een actueel materialenpaspoort en beheerplan op; monitor prestaties en plan modulair onderhoud; actualiseer data en bereid scenario’s voor hergebruik, vervanging of demontage zodat restwaarde maximaal blijft.
Door vroeg te sturen en keuzes te borgen in contracten en data, behoud je waarde en verlaag je risico’s. Begin waar het kan, leer bij en schaal op in volgende projecten.
Meten en verplichtingen: LCA, MPG en MKI kort uitgelegd
Een LCA (levenscyclusanalyse) laat je de milieu-impact van materialen en processen zien over de hele levensduur van je gebouw: van winning en productie tot gebruik, onderhoud en einde levensduur. Je voedt de LCA met EPD’s (productdata) en scenario’s voor hergebruik en demontage, zodat je varianten eerlijk kunt vergelijken. De MKI (milieukostenindicator) zet alle impactcategorieën om naar één bedrag in euro’s; hoe lager, hoe beter.
In Nederland is de MPG (milieuprestatie gebouw) verplicht bij nieuwbouw en gebaseerd op de som van MKI-waarden, genormaliseerd per m2 bruto vloeroppervlak per jaar. Daarmee stuur je op materiaalkeuzes en losmaakbaarheid die echt verschil maken. In aanbestedingen telt een lage MKI/MPG vaak mee. Werk je in België, dan gebruik je voor dezelfde analyses doorgaans TOTEM.
Veelgemaakte fouten en hoe je quick wins pakt bij renovatie en transformatie
Bij renovatie en transformatie gaat circulariteit vaak verloren door keuzes die je vroeg in het proces maakt. Deze valkuilen en quick wins helpen je direct waarde te behouden.
- Veelgemaakte fouten: te laat starten waardoor zonder oogstscan of marktscan wordt doorontworpen; verlijmde lagen, genegeerde demontagedetails en niet-losmaakbare verbindingen; geen materiaaldata vastleggen, met verlies van restwaarde en inzicht tot gevolg.
- Quick wins in ontwerp en uitvoering: behoud draagstructuur, schachten en trapkernen; maak installaties plug-and-play; detailleer afbouw droog en remontabel; stem maatvoering af op beschikbare secundaire onderdelen; regel logistiek en keuring via een bouwhub.
- Quick wins in materialen en beheer: hergebruik systeemplafonds, binnendeuren, glaswanden en systeemvloeren; kies waar nodig biobased afwerkingen met schroef- of klikverbindingen; leg alles vast in een materialenpaspoort en label onderdelen voor snelle, waardebehoudende toekomstige aanpassingen.
Begin dus vroeg, kijk wat de markt en je eigen gebouw kunnen leveren, en borg data vanaf dag één. Zo pak je directe winst en maak je het gebouw adaptief voor de toekomst.
Veelgestelde vragen over circulair bouwen
Wat is het belangrijkste om te weten over circulair bouwen?
Circulair bouwen draait om waardebehoud van materialen via hergebruik, remontabele verbindingen en ontwerp voor losmaakbaarheid. Het verschilt van ‘alleen’ duurzame of energiezuinige bouw doordat het volledige materiaal- en levenscyclusbeheer, restwaarde en adaptiviteit centraal stelt.
Hoe begin je het beste met circulair bouwen?
Start met duidelijke doelen (MPG/MKI), een materialeninventaris en een circulair programma van eisen. Ontwerp modulair en losmaakbaar, kies biobased of secundaire materialen, leg vast in een materialenpaspoort en betrek ketenpartners, subsidie- en inkoopkaders vroeg.
Wat zijn veelgemaakte fouten bij circulair bouwen?
Veelgemaakte fouten: te laat ketenpartners betrekken, geen LCA/MPG onderbouwing, details niet losmaakbaar, uitsluitend op energie sturen, hergebruik zonder kwaliteitsborging, geen afspraken over restwaarde of terugname in contracten, en ontbrekende beheerstrategie voor onderhoud, adaptiviteit en demontage.

There are no comments yet
Why not be the first